Dit praktische boek is geschreven door René Jochems en prikkelt een ieder die, hetzij bedrijfsmatig of anderzijds, met planten en dieren werkt, om de natuur (terug) uit te nodigen in het dagelijkse werk. Dus het kritisch bekijken van onze huidige manier van werken, maar ook om andere zienswijzen onder de loep te nemen. Hoe ontstaan ziektes en plagen, wat komen ze vertellen? Wat is natuurlijk? Wat is handig of juist onhandig om te doen in uw bedrijf of systeem?

Het conventionele model voor landbouw gaat uit van: “Hoe meer je de bodem bewerkt, des te beter!” Waarom?

In de afgelopen decennia en op landbouwscholen leren we vooral tégen de natuur te werken door het gebruik van kunstmest, chemicaliën, pesticiden, insecticiden, fungiciden, kunstmatige inseminatie, en nog meer industriële landbouwmethoden, in plaats van dat we de kracht van de natuur benutten. In dit boek zien we hoe alles begint in en met de grond. Als die niet gezond is, kunnen we niets gezonds produceren. Dan worden niet alleen onze dieren en bedrijven, maar ook wijzelf en de hele wereld ongezond.

Justus von Liebig is de uitvinder van de kunstmest. Hij kwam er echter door onderzoek achter dit uiteindelijk niet het doel bereikte en dat het meer kwaad dan goed veroorzaakt in de bodem.
Justus von Liebig is WEL bekend om zijn kunstmest, maar NIET om zijn zoektocht naar de kringlooplandbouw!

“Op zoek naar vitale voeding” beschrijft de groei van levensmiddelen, levensmiddelen waar mijn koks en ik dagelijks mee werken. Het is een wetenschappelijke onderbouwing over het verschil tussen biologisch en niet biologisch geteelde producten. Voor iemand zoals ik opgegroeid in de keuken, een vrij ingewikkeld verhaal. Echter, de grote lijn van het verhaal kan ik vrij simpel uitleggen. De mens is namelijk heel goed in staat om snel zelf te bepalen welke producten goed (gezonder) zijn en welke minder goed zijn.